Toertocht door de Weerribben, 13-14 april 2024

 

Dit jaar waren de weersgoden ons zeer goed gezind en konden we met prachtig zonnig weer de Weerribben verkennen. Onze gastheer, Jan de Wit, kent het gebied inmiddels goed en leidde ons langs prachtige plekken.

 

Met een klein gezelschap vertrokken we zaterdag al vroeg richting Steenwijk waar we dankbaar gebruik maakten van 2 wherries van roeivereniging ‘t Diep om makkelijk wendbaar door de vele sloten en vaarten van de Weerribben te roeien. Na de koffie met vlaai en natuurlijk het bijpraten met Jan, gingen de boten te water. Het viel op hoe licht hanteerbaar en fijn roeiend de nieuwe Baumgarten wherry van ‘t Diep was.

 

We roeiden ons warm op het Steenwijkerdiep, de ‘aanvliegroute’ naar de Weerribben, naar de eerste stop in Kalenberg. We lunchten op het terras van ’t Lokaal, een tot restaurant omgebouwd kerkje, gelegen naast de fietsbrug die geregeld openging voor plezierboten of een punter met riet.

Via bijzonder genaamde grachten en sloten (het Vaartgat van Tietema, de Hamsgracht, ’t Hoerekind en de Heer van Diezenvaart, waarnaar de boten van ’t Diep zijn vernoemd, stopten we bij een uitkijktoren voor een stroopwafelpauze. Het ging verder over de Roomsloot door het plaatsje Nederland (20 inwoners) door de Valsche Trog, het Giethoornse meer, plaatselijk heet dat het Gieterse meer en ligt niet vlakbij Giethoorn, en de Riete.

Aan de Riete ligt herberg Geertien (ook bekend als Muggenbeet), waar we borrelden op het terras, dineerden in een eigen zaaltje en waar gastheer Jan ons verder onderrichtte over De Weerribben. De boten rustten die nacht uit in ienie minie klein haventje bij Geertien, waar Maatje lenig van boot naar boot hopte om de stootwillen tactisch neer te hangen.

 

Na een vroeg ontbijt en de ontvangst van de lunchpakketten, vertrokken we richting Blokzijl. De wind was stevig, dus er moest hard getrapt worden onderweg. Blokzijl, een mini versie van Amsterdam met prachtige gevels, hebben we uitgebreid bekeken, eerst lopend en daarna kijkend vanachter glas bij café Prins Maurits. Op de terugweg werd eerst de kerk bezocht en daarna bier gekocht bij de lokale brouwer, Klinkert (zeer aan te bevelen en voorgeproefd op het terras van Geertien).

Nu dan toch tijd om eens even flink te roeien, weer over ’t Gieterse meer, waarna Walengracht en het Pontje van Jonen, de lunchplek letterlijk op de steiger was met uitzicht over de kleine Beulaker. De terugtocht daarvandaan was niet over de Beulakerwijde, daarvoor was teveel wind, maar via een prachtige alternatieve route.

In Dwarsgracht oefenenden we ‘pieterburen’ (1 riem roeien en 1 riem langs boord), waarna we via de Thijssengracht en het Kanaal van Steenwijk naar Beulaker terugroeiden. Deze laatste ‘kanaalkilometers’ konden we weer flink trappen, terwijl we juist gewend waren aan smalle, bochtige sloten, het riet, vogels, groene bomen (knipoog naar Cassandra), buizerds die geen buizerds waren en de vraag of er niet veel meer woerden (mannetjes eenden) dan vrouwtjes eenden zijn. De kleine inventarisatie onderweg heeft nog geen antwoord op deze vraag gegeven.

 

Na het poetsen van de boten namen wij afscheid van de Diepse boten en sloten het weekend af met een heerlijke en gezellige maaltijd in Jan en Suzan hun ‘nieuwe’ stulp.  

 

Emmy Mijnhout

 

 

Klik hier voor de foto’s